Thomas (37 jaar) woont sinds september 2015 op Cornwallhof 7. Zijn moeder Mieke Smit vertelt hoe Thomas bij Prinsenstichting een nieuw thuis vond.

Kennis maken

“Thomas heeft altijd bij mij thuis gewoond en overdag ging hij naar dagbesteding van een andere organisatie. We maakten kennis met Prinsenstichting via de tandarts van Zodiak. Na een tandartsbezoek, gingen we altijd een rondje maken over het terrein. Even langs de kinderboerderij of iets kopen bij de groentekar. Onderweg maakte ik vaak een hartelijk praatje met medewerkers die ik tegen kwam. Vanaf 2010 tot 2015 was Thomas volledig bij mij thuis. Een zware tijd omdat mijn ouders toen ook mijn hulp nodig hadden. Doordat mijn dochter weer thuis kwam wonen, konden we samen voor Thomas zorgen en leefden we ook met een vrij gevoel op de dagen die niet druk waren. Ik had het graag voor mijn ouders over.

Wie ben jij?

Op een dag besprak ik de vraag; stel dat mij iets overkomt, wat is dan het beste voor Thomas? met mijn huisarts. Ik maakte toen met hem de afspraak dat hij dan Prinsenstichting zou bellen. Dat bleek een goede set. Want ik belandde plotseling in het ziekenhuis met een longontsteking maar bleek ook hartproblemen te hebben, waardoor ik een maand moest blijven. Mijn andere kinderen vingen Thomas op, maar hij kon snel terecht op Cornwallhof. Ik mocht even het ziekenhuis uit om de groep te bekijken. Ik trof een vrolijke Thomas; hij voelde zich thuis. De medewerkers hebben echt oog voor de persoon; wie ben jij? Dat vind ik best bijzonder. Op een leuke manier worden mensen uitgedaagd om zich te ontwikkelen. Maar ook de gezelligheid, de positieve sfeer, de gekkigheid onderling en de kunst om problemen luchtig te benaderen. En de houding: we treuren niet. Als je ziek bent, troosten we je, maar daarna ga je weer door. Het is gewoon een goed team. Ook ben ik tevreden over de ondersteuning vanuit Zodiak; zoals van de arts en de hulp bij de aanschaf van een nieuwe rolstoel.

Genieten van gezelschap

Thomas hangt aan het leven en is positief. Mensen zeggen wel eens dat ze zo van hem opknappen, gewoon door bij hem in de buurt te zijn. Hij vindt het fijn om in de woonkeuken te zijn; de koelkast die opengaat, de vaatwasser die gaat draaien. Hij hoort alles en geniet van het gezelschap van de groep. Ze plagen elkaar en hebben samen lol. Thomas kan zomaar een hapje van je vork afpakken, als je niet oplet. Hij weet ook heel goed wat hij wenst. Als je hem een keuze geeft, tikt hij aan wat hij wil. Dat is heel belangrijk voor hem. Op zaterdagmiddag wordt Thomas met de bus bij mij thuis gebracht. We maken dan regelmatig uitstapjes. Op zondagmiddag gaat Thomas terug zodat hij weer in de groep mee kan doen. Hij straalt dan helemaal. Voor mij een teken dat hij een nieuw thuis heeft gevonden!”